Dos mundu

8 september 2021 - Curaçao, Nederlandse Antillen

Hallo schatjes!

Toen ik deze blog een paar weken geleden begon, nam ik mij voor om hem open en persoonlijk te maken. Sowieso hou ik daarvan in het contact met mensen, maar dat is toch immers ook wat mensen boeit om te lezen? Het is soms wat onwennig, want openheid op het internet vind ik wel een dingetje. Sterker nog, in het echte leven ben ik lange tijd een oester geweest, en nu deel ik mijn ervaringen op een platform wat voor iedereen toegankelijk is. Oké oké, ik heb geen Monica Geuze aanhang en daarmee een groot bereik dus een echte influencer zal ik mij niet noemen. Nee, ik heb niet vaak helder voor ogen gehad wat ik in mijn leven wilde maar één ding wist ik wel en dat is dat ik geen Monica Geuze wilde zijn.

Nu ik dit schrijf ben ik hier precies twee weken op het eiland. De eerste week bestond vooral uit wennen, wennen en wennen. En ik zal niet ontkennen dat in die eerste anderhalve week de vraag wel eens door mijn hoofd is geschoten of de tropen nu de juiste plek voor mij en mijn huidje zijn. Ik had regelmatig sterk de behoefte om als een zeester op mijn bed te gaan liggen puffen, want ook aan de warmte moest ik wennen. En lieve mensen, ik heb geen airco op mijn kamer. Je leest het goed, geen airco. Geen verkoeling. Geen frisse ruimte. Geen airco dus. Snap je? En op mijn benen kan ik inmiddels een landkaart tekenen van muggenbult naar muggenbult. In NL word ik altijd ontzien door muggen en in de eerste week dacht ik dat dat hier ook zo zou zijn. Ik vind persoonlijk ook dat ik al genoeg heb te stellen met jeuk en alles wat daarbij komt kijken. Maar helaas, ze weten mij toch te vinden. Misschien bij gebrek aan beter… Dus als ik weer eens lig te zeesterren op mijn bed, de ventilator met standje windkracht 12 de wimpers van mijn ogen blaast en ik af en toe verwoed met mijn armen in de lucht sla zodra ik weer gezoem hoor, vraag ik mij wel eens af of dit nu was wat ik graag wilde?

Ach ja, alles went, toch? Genoeg hierover. Dadelijk klik je mijn blog nog weg omdat je lichtelijk jaloers en verwijtend denkt, zeur niet, je bevindt je in een paradijs met kristalhelder water, palmbomen, zon en temperaturen waarin je altijd met blote benen kunt rondhuppelen. Ik (jij dus) zit hier in NL waar het bijna herfst wordt met al zijn wind, wolken en nattigheid.

Voor de mensen die mij niet zo goed kennen; ik kan regelmatig wat melodramatisch zuchten en steunen dus neem het maar niet te serieus. Pas noemde iemand mij nog een karikatuur van mezelf. Misschien zegt dat genoeg 😉.

Hier op Curacao bevind ik mij in twee werelden. Een wereld van flaneren op Mambo Beach, voornamelijk Nederlanders zien en horen en Frans Bauwer muziek dat behoorlijk ongewenst mijn oren binnendringt. En een wereld van kinderen die hier opgroeien en op school zowel Papiaments als Nederlands en soms ook Spaans leren. Kinderen die van mij Nederlands leren en ik van hen Papiaments. Kinderen die mij in de klas ‘tante Merel’ noemen want dat is gebruikelijk in hun cultuur. Collega’s die hier zijn geboren, een tijdje zijn weggeweest en/of hier naartoe zijn geëmigreerd en zijn blijven hangen. Van dichtbij de Antilliaanse cultuur meekrijgen. Leren dat je hier tijdens een formele afspraak niet direct to the point komt maar eerst 20 minuten over je oma, je tante en wie dan nog meer gaat praten. En als je daar het geduld niet voor hebt dan kom je een andere keer maar terug. Leren dat ik niet na vier dagen wachten op een mail kan gaan mailen want dan ben ik die vervelende Nederlander die pusht en altijd alles beter weet. Want dat is dikwijls hoe er hier vanuit de Curaçaoënaars naar Nederlanders wordt gekeken. Ondanks de korte tijd dat ik hier ben, kan ik wel zeggen dat de Nederlandse cultuur mijlenver van de Antilliaanse cultuur af ligt.

En dit alles vind ik leuk. Los van hoe ik de cultuur daadwerkelijk ervaar - dat is weer een ander verhaal – ben ik hier niet naartoe gekomen om vier maanden op Mambo Beach met een cocktail in mijn hand voor me uit te gaan liggen staren. Daarbij kan ik op Mambo Beach soms lichte gêne voelen. Iets in mij geneert zich dan voor het feit dat Nederlanders het eiland zo hebben gemaakt. Een eiland wat hen niet eens toebehoort. Althans, niet meer. Dit onderwerp parkeer ik nu gelijk even om te voorkomen dat ik domme uitspraken ga doen met betrekking tot de geschiedenis. Een museumbezoek staat nog op mijn lijstje. 😊

Het verschil tussen deze twee werelden was vorige week tijdens mijn eerste dagen van vrijwilligerswerk behoorlijk aanwezig. Ik weet niet goed waar te beginnen. Weten jullie nog wat er onder andere door mijn hoofd ging wanneer er over het geloof werd gesproken? Vorige week werd vrij duidelijk dat we hele andere achtergronden en overtuigingen hebben. Met één van mijn collega’s raakte ik in gesprek over het onderwerp homoseksualiteit. Mijn collega vertelde dat zij dit vanuit haar geloofsovertuiging als iets onnatuurlijks ziet. Onder andere omdat zij in de schepping gelooft. In dit gesprek was het een heen en weer van vragen en werd het gesprek gekenmerkt door openheid en respect. Er was een wil om elkaar te horen en te (leren) begrijpen. Aan het einde van dit gesprek liet ik dan toch weten dat ik er ‘zo’n eentje’ ben. Dit verbaasde haar niet. Misschien door alle kritische vragen die ik op haar had afgevuurd? Gek genoeg deed het mij allemaal vrij weinig.

De dag erna kwam mijn collega er bij mij op terug. Zij had er namelijk de avond ervoor met de pastoor over gesproken. Ik zie nu voor mij hoe een aantal van jullie denken; whuutt??? Wat ik ergens wel zou kunnen begrijpen. Ikzelf reageerde er verrast op en ik moest er eigenlijk een beetje om lachen. Hierna kreeg ik echter wel de vraag of ik er niet met de kinderen over wilde praten. Tenminste, er kon wel over gesproken worden maar zij verwachtte hierin van mij dat ik mij enigszins achter hun overtuiging schaarde. En als ze dit van tevoren hadden geweten, was ik door hen niet als vrijwilliger aangenomen. Ik kan mij voorstellen dat enkelen van jullie dit wellicht met lichte verbazing, misschien zelfs ontzetting en verontwaardiging, lezen. Ik kan ook niet ontkennen dat het mij die middag niet heeft beziggehouden en dan vooral de vraag wat ik hier van vind en wat ik hiermee wil.

Ondanks dat hier wel degelijk sprake is van discriminatie en uitsluiting van een bepaalde groep mensen voelde ik mij niet persoonlijk geraakt. Ja, opnieuw zeg ik, een aantal jaren geleden was dat wel anders geweest maar nu (gelukkig!) niet. En misschien neem ik het hen op een bepaalde manier niet eens kwalijk. Zoals ik eerder schreef, deze gesprekken kenmerkte zich door openheid en respect en het echt willen luisteren naar elkaar. Dat is lang niet vanzelfsprekend en al helemaal niet bij mensen die een dergelijke overtuiging hebben dus dat waardeerde ik erg. Maar door de manier waarop mijn collega het gesprek voerde en de vragen die zij mij stelde, kreeg ik sterk de indruk dat het enkel voortkomt uit onwetendheid. Ze weten het niet. Ze begrijpen het niet. Ze kennen het niet. Een bepaalde gedachte, een overtuiging, een geloof, wat iemand al jaaaren heeft, is niet met één gesprek te draaien. En als zij hier al voor open zouden staan, zou dat grotendeels in beweging kunnen komen door er met mensen met een andere overtuiging over te praten. Dus dat deed ik.

Begrijp me niet verkeerd, hoor. Er was heus wel een moment dat ik haar door elkaar wilde schudden. Bijvoorbeeld toen zij mij uitlegde dat het voor hen hetzelfde principe is als dat zij geen Jehova’s of mensen met een andere geloofsovertuiging zouden aannemen. Waarop ik probeerde uit te leggen dat je iemands geloofsovertuiging niet kunt vergelijken met iemand geaardheid. Dan heb je het namelijk over iemands identiteit. Iemands zijn. De beweging Black Lives Matter kwam ook ter sprake en het voorbeeld dat zij gediscrimineerd zou worden op haar kleur. Het kwartje viel (nog) niet.

Ik vind het nog oké om daar als vrijwilliger te zijn. Ik ben hier in eerste instantie voor de kinderen en voor mezelf. Wel is het iets dat vanaf nu in mijn achterhoofd zit. Want er kwam ook al snel één woord in mij op en dat is dat ik mijzelf niet wil verloochenen. Het raakt me nu niet, maar ik heb wel een grens. En ik heb uitgelegd dat ik hier helemaal niet over zal praten met de kinderen. Over dit onderwerp wil ik namelijk niet in gesprek zijn met kinderen/jongeren als ik niet kan en mag zeggen wat ik denk en voel. En al helemaal niet als ik een overtuiging moet aanhouden waarvan ik geloof dat dit nadelige gevolgen kan hebben voor mensen die worstelen met gevoelens op dit gebied.

En nu de andere kant….

In het weekend hebben Anouk (andere vrijwilligster) en ik ons als doorgewinterde toeristen gedragen. We hebben een dagje bij Jan Thiel doorgebracht en de avond op een ander strand met een groep een drankje gedaan waaronder een hele groep mariniers die hier vier maanden zitten (ook interessant). Een andere dag zijn we naar een baai gereden vanwaar we met een kayak De Blauwe Kamer gingen opzoeken. Een plek waar je een stukje onderwater moet zwemmen om vervolgens in een grot terecht te komen. De kayak huurden we van een man die wij al snel omdoopten tot De Drugsbaron. Waarom precies, dat laat ik aan jullie eigen verbeelding over. Ook lag daar ergens in de buurt een scheepswrak onder water maar omdat de zon niet scheen, hebben we deze niet kunnen vinden. Het ging zelfs heel hard regenen, maar wij zijn niet vies van een beetje avontuur 😊.

Weet je dat de dingen hier op Curaçao andersom zijn?

In NL wacht ik met smart tot zonnestralen door de wolken heen breken à hier ben ik blij als de zon even niet schijnt.

In NL haat ik harde wind à hier wacht ik met smart op een windvlaag die mijn haren optilt en mijn nek verkoelt.

In NL eet ik mijn yoghurt graag op kamertemperatuur à hier niet!

Nou, deze blog geeft wellicht wat stof tot nadenken… Ja?? Yes! Dan ben ik toch een kleine influencer.

Ik ga nu even heel gedachteloos mijn benen scheren want dat groeit hier op Curaçao – potverdorie – net zo hard als in NL. Bah.

Liefs!

NB: wat leuk jullie reacties! Ook uit onverwachte hoek 😊

Foto’s

2 Reacties

  1. Jacqueline Mosterd:
    8 september 2021
    Lieve Merel, wat schrijf je toch mooi! En heb je eraan gedacht om iets tegen de muggen te kopen (Vloeistof in reservoirtje dat je in het stopcontact steekt of die spiraaltjes die branden; beide werken heel goed. Neem dit maar aan van iemand die een mug op een km afstand hoort aankomen). Veel liefs van je tante!
  2. Ineke:
    11 september 2021
    Hoi Dushi,
    Jou zien liggen op Mambo Beach en Jan Thiel dat gaat mij goed af. Interessant om je ervaring met de cultuur te lezen. (Dat het idd maar geen, aanvaring, zal worden. Als ik je zo lees, gaat het je lukken omdat niet te laten gebeuren🍀)
    Als toerist, liggend op Mambo en Jan Thiel en rond rijdend heb ik weinig van de cultuur meegekregen. Leuk omdat zo met jou mee te ontdekken.😘